Genieten in Hongarije

19 juli 2018 - Szilvásvárad, Hongarije

Eergisteren ben ik vertrokken van de camping  in Füzesgyarmat. Toen ik de twee nachten wilde afrekenen vertelde de beheerder mij doodleuk dat ik dat niet hoefde te betalen. Huh, waarom dat dan niet? Nou, vertelde hij, deze camping is van de gemeente en als er geld verdiend wordt dan verdwijnt dat in de zakken van enkele bestuurders. Dus als er mensen komen die ik graag mag dan knijp ik een oogje dicht. Ik stond perplex, waar kom je zoveel ‘eerlijkheid’ nog tegen. Ik hem en het meisje dat zorgt voor de schoonmaak dus allebei 1000 Forinten in de handen gedrukt voor hun gastvrijheid. 1000 Forinten klinkt veel maar een paar biertjes kunnen ze er we van drinken. Eigenlijk wilde ze het eerst nog niet aannemen maar na wat aandringen deden ze het toch.

Daarna op weg richting Eger en Szilvasvarad. Onderweg leek het of alle dorpjes waar ik doorheen kwam een wedstr8jdje deden wie het meeste ooievaarsnesten had. Op de elektriciteitspalen maken ze plateaus waar de ooievaars hun nest op kunnen bouwen. In sommige dorpjes telde ik 8-9 nesten. En overal een of twee jongen erop. Mooi om te zien.

Oh ja, ik was helemaal onder de indruk van de akkerbouw in het zuidelijk gedeelte van Hongarije. Het is, net als Nederland, zo vlak als een dubbeltje en dus prima geschikt voor akkerbouw. Ik zag enorme graanvelden die rond deze tijd allemaal geoogst werden. De machines die daarvoor gebruikt worden zijn van dezelfde orde van grootte als de graanvelden zelf. Ik postte daar in mijn vorige blog al een foto van. Verder ook velden vol met zonnebloemen. Kleurig om te zien.

Het stadje Eger moest een pareltje zijn met veel barokke bouwwerken. En er moest nog een van de drie minaretten staan die Hongarije nog rijk is uit de tijd van de Turkse overheersing. Dat wilde ik dus graag zien. Het stadje zag er inderdaad schattig uit. Vooral de kathedraal vond ik indrukwekkend. Mijn mond viel open toe ik er binnen kwam. De beeldhouwwerken in de kerk waren niet te tellen. De kathedraal stond op het Doboplein en aan de randen van het plein waren veel barokke gebouwen te zien. Het had wel iets. Het plein werd blijkbaar veel gebruikt voor muziekuitvoeringen en ook vandaag werd er een P.A.-installatie opgebouwd. Waarvoor weet ik helaas niet maar ik kan me voorstellen dat muziek in die ambiance net iets beter klinkt als op een of ander saai pleintje. De minaret heb ik niet kunnen bezoeken. Die was “under construction”. Helaas, want je zou er boven op kunnen en een mooi uitzicht over de stad hebben.

Daarna door naar een motorcamping in Szilvasvarad. Een aantal leden van Guzziclub zuid zullen deze camping nog kennen. We zijn daar een jaar of zeven – acht (?) geleden eens geweest met een koninginnenrit.  Die camping was me toen goed bevallen dus wilde er graag nog eens terug. Toen ik aankwam bleek ik de enige gast te zijn op de camping. Hmm, dat had ik niet verwacht midden in het seizoen. Maar goed, ik was vroeg dus de kans dat er nog anderen kwamen was groot. Wel waren er mensen in de gastenverblijven die ook bij de camping horen. Ik werd verwelkomd door de dochter van eigenaar Leen de Hoog, ja hoor een Nederlander. Leen was met kennissen een paar dagen toeren richting Balatonmeer en zou de dag erna terug komen. Maar dochter was ook blij weer eens Nederlands spreken en nadat ik mijn tentje had opgezet zaten we al snel aan een biertje. Gezellig. Dochter was net terug van een lange reis in de States. Zij had er rondgetrokken van Washington State in het Noord-Westen naar Panama en had daar acht maanden over gedaan. Haar vervoermiddel hierbij was een Ural met zijspan. Weliswaar een nieuw model, voor zover je bij Ural van ‘nieuw’ kunt spreken. Maar de nieuwe modellen zijn wel een stuk betrouwbaarder dan de beruchte altijd kapot lopende jaren 80-00 modellen. In Panama hebben ze de Ural op een boot gezet en die zou over een paar weken in Antwerpen arriveren. Zij ging de Ural dan daar ophalen en wilde dan een klein toertje maken door Europa. Het plan stond nog niet vast. Ze zag wel.

Later op de middag zat ik een biertje te drinken op het centrale terras van de camping toen een man en twee vrouwen aankwamen met zakken vol eten. Ze zaten nog maar net toen ze me vroegen of ik met hen wilde mee eten. Ze hadden veel te veel ingekocht en een mond extra was meer dan welkom. Daar zeg ik natuurkijk geen nee tegen. Het bleek een Deens-Hongaars echtpaar. Zij woonden in Denemarken, werkten daar in een ziekenhuis en waren een paar weken hier op vakantie om familie van de Hongaarse vrouw te bezoeken. Een zus van haar was inmiddels ook hier op de camping. Het eten ging op een traditioneel Hongaarse manier. Dat wil zeggen vet spek en worst langzaam boven een vuurtje laten garen en het uitdruipende over een boterham met schapenkaas en uien laten lopen. Daar eet je dan veel verse tomaten, paprika en uien bij. Dat garen duurt een hele poos, dus ik heb de hele avond met hun drieën zitten eten en praten. Was heel gezellig en om tien uur zat ik boordevol met spek, worst, brood en groenten en ben ik het bed in gedoken. Mooi om dit zo mee te maken. Gastvrij volk die Hongaren. Ik heb er van genoten.

Vandaag heb ik een toer gemaakt door het Bükki Nemzeti Park. Een bergachtig dicht bebost gebied hier vlak achter Szilvasvarad. Hierbij kwam ik terecht in het dorpje Lillafüred. Een toeristisch dorpje met een idyllisch paleisachtig hotel, een waterval en een grot. Ik was er vroeg dus het was er nog rustig. Maar blijkbaar was het dorpje ook de bakermat van ijzersmelterijen. In de 18de eeuw had iemand hier een techniek bedacht om ijzer van een zeer goede kwaliteit te maken. Om vervolgens dat ijzer te bewerken werd gebruik gemaakt van waterkracht uit een riviertje dat hier stroomde. Van deze smelterijen was nu niets meer te zien. Maar er stond wel een museum waar de hele geschiedenis van de ijzersmelterijen en het vakmanschap van het ijzer smeden werd tentoongesteld. Ik vond dat zeer interessant om te zien. Een van de topstukken vond ik een hekwerk dat met de hand was gesmeed. Fantastisch vakwerk met zeer mooie details. Ik kan daar van genieten.

Zo meteen nog een plons in het zwembad. Of zal ik toch maar een biertje nemen? Hmm, moeilijke keuze . . .

Ciao, Johan

Foto’s

7 Reacties

  1. Geert. Zillen:
    19 juli 2018
    Beste Johan
    Het is lang geleden dat wij elkaar gezien hebben in “de Heeren van Heel” .
    Desalniettemin geniet ik elke keer van je verhalen. Geniet ervan dat doe ik ook.
  2. Pieter Verhaegen:
    19 juli 2018
    Ha die Johan
    Ben wel jaloers op je met die trip van je geweldig
  3. Wilma:
    19 juli 2018
    Ha broer, ik vind dat ze goed voor je zorgen...steeds weer lekker mee-eten.
    En je geniet volop zo te lezen.
    Ga zo door, groetjesss
  4. Marijke:
    19 juli 2018
    Wat heb je het toch goed op jouw reis.
    Lekker mee eten.
    Ik geniet mee als ik jouw verhalen lees
  5. Ruud:
    20 juli 2018
    Ik zeg nu op naar een ander Hongaars "hoogtepunt ": Tatabanya. En doe Jozef de groeten. Hahaha. Wat een gastvrijheid. En die bh's?
  6. Hans Boonen:
    20 juli 2018
    ha Johan
    Ik hoop dat je in Eger ook geproefd hebt van de stierenbloed wijn, een overheerlijke rode wijn uit deze regio
    misschien heb je er een aantal meegenomen.
    hou je haaks kerel
  7. Jos en Francien:
    21 juli 2018
    Ha broertje leuk om jou verhalen te lezen. Zo leer je wel heel wat mensen kennen in de verschillende landen Na de slechte ervaring met Roemenie nu weer het vakantiegevoel en de gastvrijheid van Hongarije. Geniet van de laatste weken. Groetjes....